door Paul van Belzen
Het is 1834.Holland is samen met Engeland en Portugal één van de belangrijkste zeevarende naties van de wereld. We halen specerijen uit het verre oosten, handelen in slaven in Amerika, hebben handelsposten in Australië en Zuid-Afrika. Kortom, overal ter wereld kom je Hollanders tegen. En al dat geld en die kostbare goederen en specerijen worden naar huis (=Holland) gebracht. Geen wonder dat het op en rond de Noordzee wemelde van de kapers en zeerovers. Eén van de bekendste rovers was Captain Morgan.
De kleine Tommy Morgan werd geboren in 1805 in het kleine plaatsje Looe in het Engelse Cornwall. Zijn vader was een Engelse stuurman op een Engels oorlogsschip en zijn moeder een Nederlandse huisvrouw van het kleine eiland Terschelling. Tommy groeide op in Engeland tussen de ruige zeevaarders van de Engelse marine. Hij zag zijn vader niet veel, want de zeetochten in die tijd duurden vele maanden. Maar als zijn vader na zo´n lange tijd aanmeerde, was Tommy niet bij hem weg te slaan. Hij smulde van de verhalen die zijn vader hem vertelde over zeeslagen op, voor Tommy, verre vreemde zeeën.
Tot het moment dat Pa Morgan weer in actie moest komen om voor de Queen en zijn vaderland te vechten. Dan bleef Tommy met zijn moeder alleen achter en droomde over de tijd dat hij mocht vechten tegen rovers en vreemde volken.
Tommy was 15 jaar toen het gebeurde, hij weet het nog goed. Toen hij thuiskwam, zag hij dat zijn moeder huilde. Dat betekent niet veel goeds, dacht hij. En dat klopte. Zijn vader was gesneuveld in een slag die Engeland niet kon winnen. De overmacht was te groot, maar Engelse soldaten mochten zich niet terugtrekken: winnen of sterven voor de Queen.
Tommy was woest. Hij vervloekte de koningin, Engeland en alles wat ermee te maken had. Ook Tommy´s moeder had het moeilijk en ze wilde weg, weg uit Engeland, weg van alle herinneringen. Zo vertrokken Tommy en zijn moeder terug naar Nederland. In Nederland aangekomen, monsterde Tommy zich aan op een boot van het VOC, de Verenigde Oostindische Compagnie, als bootsmaatje. Hij wilde de zee op, weg van alles. Hij was boos, erg boos.
Bij het ronden van de Kaap echter, en een verschrikkelijke storm, verging het schip van Tommy. Tommy en een paar oud-matrozen redden zich door zich aan wat wrakhout vast te houden. Vechtend tegen de storm, het water en de haaien haalden ze de kust, waar ze uitgeput op het strand aanspoelden.
Tommy zocht met de overgebleven matrozen naar een schip, want in die tijd moest je werken voor je eten. En hij kwam in een ´foute´ kroeg terecht. Na een flinke knokpartij werd hij met een flinke kater wakker op een schip op zee. Hij werd geshanghaaid (=geronseld). En omdat hij de jongste was, mocht hij de rotklusjes opknappen op het kaperschip van Captain McConnels, een brute roodharige Ier die alles deed waar maar geld mee te verdienen was.
McConnels was gek op Tommy en ondanks dat hij keihard moest werken, leerde hij van alles van de Captain. Niet alleen hoe hij met een schip om moest gaan, maar ook waar de vaarroutes liepen van de schepen met een grote buit en waar de Engelsen en de Portugezen op de loer lagen om die kostbare vrachtschepen te beschermen.
Ondanks al deze informatie kwam het voor dat een kaperschip maanden op een ´prooi´ moest wachten. Dit was zo´n geval. Al twee maanden lagen ze op de loer en nog steeds niets. Het eten was op en het water op rantsoen. De bemanning was opstandig en gaf Captain McConnels de schuld dat ze niets te eten hadden. Het was heet, heel heet en wat gebeurt er dan: de vlam slaat in de pan en de bemanning gaat muiten. Tommy, inmiddels Tom geworden, trok partij voor de Captain, maar hij was te laat. De Captain was gekielhaald en verdronk, en een grote vechtpartij begon. Wie werd er kapitein en waar gingen ze naartoe?
Er was geen twijfel mogelijk: ondanks dat hij het maatje van de dode Captain McConnels was, bleek Tom de enige met alle informatie over de vaarroutes en de grote rijkdommen. Tom werd Captain Morgan, de ´Schrik van de Zee´. Nog nooit was er een kaper geweest met zoveel overwinningen op zijn naam. Hij werd de meest gezochte zeerover en elk zeevarend land had een prijs op zijn hoofd staan. Hij werd de meest wrede kaper: hij liet zelden iemand achter die de slag na kon vertellen. Vooral de Engelsen waren niet veilig voor Captain Morgan. Zijn wraak op zijn vader trof vele Engelse schepen.
Na 20 jaar alle zeeën van de wereld te hebben afgestroopt, was Captain Morgan de rijkste kaper die ooit had geleefd. Hij was het zat om steeds in beweging te zijn, altijd op te letten waar hij was, altijd over zijn schouder te kijken. Captain Morgan zocht een plaatsje waar hij niet zo berucht was, lekker stil, waar hij zijn laatste jaren door kon brengen. Hij dacht aan zijn moeder en aan...West-Terschelling. De ideale plaats om zijn schat te begraven en rustig te leven. Captain Morgan verkocht zijn schip, deelde zijn enorme vermogen met zijn trouwe bemanning en vertrok naar West.
Captain Morgan werd 59 jaar oud en stierf vredig in zijn bed.
Nou zal je denken: tjonge wat een verhaal, maar wat heb ik eraan? We zullen je een geheim vertellen. We gaan op zoek naar de schat. Ieder team krijgt een kwart van de schatkaart en een opdracht. Los de puzzel op en je ontvangt nog een deel van de kaart. Heb je de kaart compleet, dan kun je de schat vinden. Veel succes!!!